Wanneer iemand begint zijn er zoveel onderwerpen aan te leren zoals lichaamshoudingen, technieken, benamingen dat dit ons van de wijs kan brengen. Stap voor stap vind men rust en meesterschap want zoals het Engels de taal is van de wereldwijde communicatie, is het Japans de taal van de oude krijgskunsten. De beoefening van iaido en jodo vereist geen onmogelijke eisen maar enkel inzet, maturiteit en displine die we dagelijks gebruiken in het leven.
Materiaalkeuze
Op korte termijn is een obi (gordel), een hakama (broekrok) en bijhorende keikogi(vest) nodig aangevuld met een bokken (houten zwaard). Voor de iaidoka volstaat dit om te beginnen en zal kan dit worden vervolledigd met een zwaard. Voor de jodoka is de jo (wapenstok van 128 cm) het enige dat buiten de kledij benodigd is. In het begin zal dit door de vereniging in de mate van het mogelijke het gebruik hiervan gratis worden voorzien.
De leerfases van de beoefenaar
De 3 stappen in de ontwikkeling van het leren van een krijgskunst zijn:
守 - Shu : 1ste stap in het leren waar de leerlingen de instructies van de leraar gedetailleerd opvolgen zonder zich vragen te stellen en de juiste techniek aanleren door herhaalde trainingen.
破 - Ha : 2de stap waarin de leerling met een ervaren blik meer in detail kijkt naar de instructies van hun Sensei, voor een juistere en diepere kennis. In dit stadium is het nog mogelijk om aan leerlingen die nog in de Shu gedachten zitten les te geven. De leerling/assistent-leraar gebruikt de aangeleerde technieken en past deze aan op zijn eigen persoon voor een maximum efficiëntie.
離 - Ri : Laatste stap waar het men de technieken als een volleerd leraar beheerst en verder kan ontwikkelen
守 Shu – 破 Ha – 離 Ri : Deze 3 kanji samen omschrijven de fases in de evolutie van de student/beoefenaar. Dit begrip is universeel en niet enkel van toepassing op Iaido en jodo maar ook op andere krijgskunsten en alledaagse situaties.
© Copyright 2019 ShinBuKan Dojo Belgium - All rights reserved - Bij klachten contacteer de Webmaster