Een korte blik op de geschiedenis
Muso Shinden Ryu Iai vindt zijn oorsprong in de persoon van Hayashizaki Jinsuke sensei (1542 - 1621), een uitzonderlijk meester in de Japanse krijgskunsten van het Sengoku tijdperk (16de eeuw). Hij gaf zijn oorspronkelijke geest en kracht tot op vandaag de dag door in zijn onderwijs van budo.
Doorheen de generaties is de essentie van zijn leer nog niet vervaagd of verzwakt, en zijn opvolgers van ieder tijdperk zette zijn studie voort om zijn technieken te verfijnen .
Hasegawa Eishin de 7de opvolger in deze bijzondere stijl , beschouwt als gelijke met de stichter, creëerde zijn eigen stijl Hasegawa Eishin-Ryu genoemd.
Hayashi Rokudayu de 9de opvolger volgde de school van Omori Rokuzaemon, meester in shinkage ryu, en structureerde een reeks van technieken in seiza. Vervolgens gaf hij les in de provincie Tosa (hedendaags Kochi) in deze school alsook Hasegawa Eishin ryu.
Nakayama Hakudo, groot promotor van het Iaido van ons tijdperk, kwam in zijn jeugd naar Tokyo en werd leerling van Negishi Shingoro, meester van de shindo munen-ryu.
In 1902, op 29 jarige leeftijd, ontvangt hij het allerhoogste diploma, en heeft hij zijn efficientie en kunnen aangetoond in meerdere demonstraties. Hij krijgt een groot aanzien in de hele Kendo-wereld en is ongeëvenaard.
Hakudo sensei beschouwde kendo en iaido als onafscheidelijk, zoals de twee vleugels van een vogel. Hij was er van overtuigd dat men zonder beiden nooit de perfectie met het zwaard kon bereiken. Sterk overtuigd van dit geloof vertrok hij naar Tosu om er de Hasegawa Eishin-ryu stijl te studeren, waarvan men de technieken nooit buiten de regio mocht tonen.
Met veel moeilijkheden slaagde Hakudo sensei erin les te krijgen van grootmeester Hosokawa Yoshimasa sensei, de 17de hoofdmeester en behaalde hij het allerhoogste diploma in 1922. Rond ongeveer 1933 beoefende Hakudo sensei zowel Hasegawa eishin-ryu als omori-ryu.
Later herstructureerde hij de stijl met zijn eigen technische bevindingen en uiteindelijk gaf hij een demonstratie in het kader van de Butokukaï (vereniging van de krijgskunsten) waar hij zijn stijl ‘muso shinden-ryu batto-jutsu’ noemde. Na zijn dood in 1958 besloten zijn leerlingen de stijl officieel Muso Shinden Ryu te noemen.
In deze stijl begint de beoefenaar met het aanleren van omori-ryu (shoden) die de basis aanleert, hierna gaat men over op Hasegawa Eishin-ryu (chuden) en uiteindelijk okuden of oku-iai, een reeks technieken van het hoogste niveau.